‘Aanvaardbare termijn’ in de Richtlijn Uithuisplaatsing herzien

Kinderen groeien het fijnst op bij hun ouders. Als de bescherming van een kind toch vraagt om (tijdelijke) uithuisplaatsing, dan hoort die plek zo thuis mogelijk te zijn. Wanneer een kind uit huis wordt geplaatst moet volgens de Nederlandse wet voor ieder kind binnen een aanvaarbare termijn besloten worden waar het kind definitief gaat opgroeien. Deze termijn is nader uitgewerkt in de professionele Richtlijn Uithuisplaatsing. De formulering uit de richtlijn blijkt in de praktijk soms aanleiding te zijn voor onevenwichtige besluitvorming. De drie eigenaren van de richtlijn, de beroepsverenigingen NIP, NVO en BPSW, en het Nederlands Jeugdinstituut (NJi) passen deze formulering daarom aan.
‘Aanvaardbare termijn’
De Nederlandse wet zegt dat er binnen een ‘aanvaardbare termijn’ besloten moet worden over de definitieve verblijfsplek van een kind, dus of het terug naar huis kan of niet. De aanvaardbaarheid gaat over de vraag hoe lang het acceptabel is om ouders en kinderen op een besluit te laten wachten. In de wet is hiervoor geen vaste termijn vastgelegd en dus moeten professionals ‘een aanvaardbare termijn’ hanteren, passend bij de specifieke situatie van kinderen en hun ouders. In de Richtlijn Uithuisplaatsing is deze aanvaardbare termijn geconcretiseerd, namelijk een half jaar voor kinderen tot 5 jaar en een jaar voor kinderen vanaf 5 jaar.
Voor ieder kind anders
De ‘aanvaardbare termijn’ is echter voor ieder kind en ieder gezin anders. Professionals hebben dan ook, samen met anderen, een ingewikkelde afweging te maken over de vraag: Wat is voor dit kind, gelet op zijn ontwikkelingsfase, geschiedenis en persoon, een termijn dat hij de onzekerheid aankan over de vraag waar hij verder zal opgroeien zonder dat dit schade aan zijn ontwikkeling oplevert?
Factoren die daarin meespelen zijn onder meer de hechting van het kind aan het gezin waar het verblijft, hechting van het kind aan het gezin van afkomst, loyaliteit van het kind, ingezette hulpverlening en resultaten daarvan. Deze omstandigheden moeten per gezin worden bekeken en laten zich niet uitdrukken in een minimale of maximale duur van de aanvaardbare termijn.
Herziening richtlijn
De bedoeling van de richtlijn was om professionals handvatten te bieden bij hun inschatting van de aanvaardbare termijn. Om kinderen en ouders perspectief te bieden en de snelle inzet van passende hulp in het gezin te stimuleren. De formulering in termen van specifieke termijnen, die aan leeftijden gebonden zijn, blijkt te sturend te kunnen zijn in de professionele afweging en maatwerk in de weg staan.
Sinds het najaar van 2021 wordt gewerkt aan de herziening van deze richtlijn. Bij deze herziening krijgen nieuwe inzichten over de verschillende factoren die van invloed zijn op ‘de aanvaardbare termijn’ prioriteit. De drie beroepsverenigingen en het NJi schrappen in de nieuwe versie van de richtlijn de passage waarin de aanvaardbare termijn geconcretiseerd wordt. Zij benadrukken het belang van een zorgvuldige besluitvorming over terugplaatsing, die recht doet aan de specifieke situatie van het kind en het gezin.
Toelichting bij de aanvaardbare termijnen in de richtlijn Uithuisplaatsing
‘Aanvaardbare termijn’ in de Richtlijn Uithuisplaatsing herzien
Als kinderen uit huis worden geplaatst, dan moet volgens de Nederlandse wet voor ieder kind binnen een ‘aanvaardbare termijn’ besloten worden waar het kind definitief gaat opgroeien. Deze termijn is nader uitgewerkt in de Richtlijn Uithuisplaatsing. De formulering uit de richtlijn blijkt in de praktijk soms aanleiding te zijn voor onevenwichtige besluitvorming. De drie eigenaren van de richtlijn, de beroepsverenigingen NIP, NVO en BPSW, en het Nederlands Jeugdinstituut (NJi) schrappen in de nieuwe versie van de richtlijn de huidige passages, waarin de aanvaardbare termijn geconcretiseerd wordt.
Sinds het najaar van 2021 wordt gewerkt aan de herziening van deze richtlijn. Bij deze herziening krijgen nieuwe inzichten over de verschillende factoren die van invloed zijn op ‘de aanvaardbare termijn’ prioriteit. In de tussentijd is voor de toepassing van de richtlijn van belang om de termijnen die in de richtlijn benoemd staan niet strikt te hanteren. Gezamenlijke, zorgvuldige besluitvorming is essentieel, waarin recht wordt gedaan aan de specifieke situatie van het kind en het gezin.
Geen vaste termijnen hanteren
In de richtlijn (en onderbouwing, werkkaarten en info voor ouders) zijn op diverse plekken termijnen genoemd waarbinnen besluitvorming over uithuisplaatsing of terugplaatsing zou moeten plaatsvinden. Deze termijnen zijn indicatief, dus als voorbeeld, bedoeld. Ze zijn niet algemeen geldend. We constateren dat jeugdprofessionals deze termijnen in de praktijk te strikt hanteren. We kunnen ons voorstellen dat de stellige formulering van de betreffende passages in de richtlijn kan leiden tot een verkeerde interpretatie.
Bekijk de omstandigheden per kind en per gezin
De ‘aanvaardbare termijn’ is voor ieder kind en ieder gezin anders. Jeugdprofessionals hebben dan ook, samen met kinderen, jongeren, ouders en andere professionals, een ingewikkelde afweging te maken. Dit gaat over de vraag: Wat is voor dit kind gelet op zijn ontwikkelingsfase, geschiedenis en persoon, een termijn die hij, zonder dat dit schade aan zijn ontwikkeling oplevert, de onzekerheid aankan over de vraag waar hij verder zal opgroeien? Factoren die daarin meespelen zijn onder meer de hechting van het kind aan zijn huidige gezin, hechting van het kind aan het gezin van afkomst, loyaliteit van het kind, ingezette hulpverlening en resultaten daarvan. Deze omstandigheden moeten per gezin worden bekeken en laten zich niet uitdrukken in een minimale of maximale duur van deze termijn.
Advies
Kortom, vooruitlopend op een nieuwe versie van de richtlijn, adviseren we jeugdprofessionals om in iedere situatie zorgvuldig en samen met kinderen, jongeren en ouders te beslissen. Dit zijn geen besluiten die je als professional alleen neemt, organiseer multidisciplinair overleg. In elke concrete situatie moet je aan de hand van alle feiten en omstandigheden kunnen onderbouwen wat een aanvaardbare termijn is.
Beroepsvereniging van Professionals in Sociaal Werk
Nederlands Instituut van Psychologen
Nederlandse Vereniging van Pedagogen en Onderwijskundigen
Nederlands Jeugdinstituut