Overslaan en naar de inhoud gaan
Richtlijn
Radicalisering
Jongere op fiets

Onderliggende problemen

Toelichting op de aanbeveling

  • Focus op het herkennen en aanpakken van onderliggende problemen bij jongeren en weeg dit mee in professionele oordeelsvorming bij zorgwekkende radicalisering.

Psychische en andere problemen kunnen onderliggend zijn aan zorgwekkende radicalisering van jongeren, of een versterkende rol spelen. De focus dient allereerst te liggen op het herkennen en aanpakken van deze problemen, in plaats van op de radicale ideologie.

Bij vermoedens van zorgwekkende radicalisering is het daarom belangrijk om door te vragen over de psychische gesteldheid van een jongere en eventuele andere problemen en dit mee te wegen in de professionele oordeelsvorming. Door onderliggende problemen aan te pakken, pak je tevens de radicalisering aan. Hierbij kan je bijvoorbeeld gebruik maken van het ijsbergmodel bij vermoedens van zorgwekkende radicalisering. Ook de andere richtlijnen voor Jeugdhulp en Jeugdbescherming zijn hierbij te benutten.

Metafoor van de ijsberg

Jongeren die zich bevinden in een radicaliseringsproces kunnen extreme opvattingen uiten of provocerend gedrag vertonen. Dit is waarneembaar. Diverse psychische en andere problemen waarmee een jongere mogelijk te kampen heeft (individueel of in de directe omgeving), zijn niet altijd waarneembaar. Denk aan een persoonlijkheidsstoornis, opvoedingsproblemen of ervaren trauma’s. Het is belangrijk dat deze informatie wel aan de oppervlakte komt.

Een bekende metafoor is de zogeheten ijsberg (geïnspireerd op McClelland, 1985). In deze metafoor worden mensen vergeleken met een ijsberg. Het zichtbare gedrag bevindt zich in het topje van de berg en het grootste gedeelte is onzichtbaar, onderwater. De componenten onder de waterlijn, zoals persoonlijke ervaringen – en omstandigheden, overtuigingen en normen en waarden, hebben direct invloed op het gedrag van mensen. Voor het bewerkstelligen van veranderingen in het gedrag, is het van belang om de aandacht te richten op de problemen  onder de waterlijn. Het gebied van het onuitgesprokene, het onzichtbare en het onbewuste. In het onderstaande overzicht zijn de risicofactoren voor zorgwekkende radicalisering opgenomen in dit model.

Risicofactoren

Zie ook Grimbergen & Fassaert (2022) voor een onderzoeksartikel waarin de relaties tussen maatschappelijke factoren en traumata (aces) en zorgwekkende radicalisering uitvoerig zijn onderzocht.

Handelingsperspectief voor achterhalen onderliggende problematieken bij radicalisering

Hoe kun je als professional informatie achterhalen over de psychische gesteldheid en andere onderliggende problemen van jongeren en deze meewegen in de professionele oordeelsvorming omtrent zorgwekkende radicalisering? Radicalisering is altijd een proces met een combinatie van risicofactoren en beschermende factoren. Opvallend gedrag van jongeren, bijvoorbeeld provocerende uitspraken doen, hoeft niet voort te komen uit een ideologische motivatie. Het kan een uiting zijn van onderliggende problemen. Bijvoorbeeld door trauma of het meemaken van ingrijpende gebeurtenissen.

Andersom kunnen onderliggende problemen leiden tot een radicaliseringsproces waarbij de ideologische factor wel een rol speelt. Omdat er geen eenduidig profiel bestaat van een radicaliseringsproces, is het van belang goed te kijken naar de context van een jongere en de eigen ontwikkeling als uitgangspunt te nemen (zie ook de informatie over contextgericht werken).

Onderdelen zijn:

  • In gesprek gaan met een jongere en vragen hoe het gaat en hoe de jongere zelf tegen zijn situatie aankijkt (zie ook de informatie over de affectieve relatie).
  • Beschermende factoren en risicofactoren van een jongere in kaart brengen, bij voorkeur in gesprek en met inbreng van een jongere zelf, en deze voorzien van een interpretatie. Onderbouw waarom je kiest voor deze interpretatie en check deze interpretatie met de jongere zelf en/of met collega’s.
  • Gebruikmaken van scenario denken, bijvoorbeeld als je geen goed contact krijgt met een jongere. Ga bijvoorbeeld na welke dingen je niet weet en/of wat een verschil zou kunnen maken in het leven van een jongere die mogelijk radicaliseert (zie de informatie over scenariodenken).
  • Informatie verzamelen, bijvoorbeeld als een scenario-oefening laat zien dat je bepaalde dingen nog niet weet of er informatie ontbreekt. Je kunt dit dan voorleggen aan de jongere, of (anoniem) je zorgen bespreken met collega’s (intern of extern). Let op: het delen van informatie is aan voorwaarden gebonden. Houd deze regels voor informatie delen voor ogen (zie de informatie over de werkwijze voor in kaart brengen, interpreteren en delen van mogelijke signalen van radicalisering op de pagina Delen van signalen en informatie).
  • Andere richtlijnen jeugdhulp en jeugdbescherming raadplegen en nagaan of daar aanknopingspunten zijn voor het gedrag van de jongere. Het is belangrijk om problemen die onderliggend zijn aan zorgwekkende radicalisering soms zelf als eerste aan te pakken met als doel om de vatbaarheid van de jongere voor zorgwekkende radicalisering te verminderen. De volgende richtlijnen voor jeugdhulp en jeugdbescherming geven meer informatie over mogelijke onderliggende problemen:
  • De richtlijn Samen beslissen over hulp gaat in op het proces van beoordelen en beslissen over hulp bij vragen en problemen in de opvoeding en ontwikkeling van jeugdigen. Daarbij gaat het om problemen van psychische, sociale of pedagogische aard die de ontwikkeling van de jeugdige belemmeren. De hulp kan zowel vrijwillige hulpverlening als gedwongen interventies omvatten en reikt van de gewone opvoeding en ontwikkeling, met normale opvoedingsvragen, tot ernstige ontwikkelings- en opvoedingsproblemen.