
Aandachtspunten in het beslisproces
Toelichting op de aanbeveling
-
Houd gedurende het hele besluitvormingsproces aandacht voor de veiligheid van het kind, voor diens motivatie en die van de ouders, en voor de (mogelijke) betrokkenheid van het sociale netwerk van het gezin.
Dit zijn belangrijke aandachtspunten in het beslisproces:
- De veiligheid van het kind.
- Hun motivatie.
- De motivatie van hun ouders.
- Het sociale netwerk van het gezin.
Voor cliënten met een migratieachtergrond en cliënten met een licht verstandelijke beperking is er specifieke aandacht nodig.
Veiligheid van het kind
De veiligheid van het kind is een belangrijk aandachtspunt in het beslisproces; het is nodig om die veiligheid te onderzoeken. Bij veiligheid gaat het in deze richtlijn om kindermishandeling en huiselijk geweld.
De Jeugdwet definieert ‘kindermishandeling’ als volgt: “Elke vorm van voor een minderjarige bedreigende of gewelddadige interactie van fysieke, psychische of seksuele aard, die de ouders of andere personen ten opzichte van wie de minderjarige in een relatie van afhankelijkheid of van onvrijheid staat, actief of passief opdringen, waardoor ernstige schade wordt berokkend of dreigt te worden berokkend aan de minderjarige in de vorm van fysiek of psychisch letsel.”
Kindermishandeling komt voor in verschillende vormen. En in gezinnen waarin kindermishandeling plaatsvindt, gaat het vaak om meerdere vormen tegelijk:
- Lichamelijke, psychische of emotionele mishandeling van minderjarigen.
- Lichamelijke of psychische verwaarlozing van minderjarigen.
- Seksueel misbruik van minderjarigen.
- Minderjarigen getuige laten zijn van geweld.
‘Huiselijk geweld’ is geweld dat gepleegd wordt door iemand uit de huiselijke kring van het slachtoffer. Mensen uit de huiselijke kring zijn partners, ex-partners, gezinsleden, familieleden en huisvrienden. De term ‘huiselijk geweld’ verwijst naar de relatie tussen pleger en slachtoffer. Hierin is er meestal een machtsverschil; het slachtoffer heeft dan een afhankelijkheidsrelatie met de dader. Het gaat bij huiselijk geweld om lichamelijke, seksuele en psychische vormen van geweld.
De Wet verplichte meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling (Rijksoverheid, 2013) verplicht professionals die met kinderen en ouders werken om de stappen van de meldcode te volgen. Daardoor krijgen zij bij een vermoeden of de constatering van kindermishandeling of huiselijk geweld zicht op de situatie en kunnen ze tijdig de juiste actie ondernemen. Daarom is dit aspect in de richtlijn extra uitgelicht.
Het hangt af van de gezinssituatie of er meer of minder aandacht nodig is voor de veiligheid van het kind. Als professionals hoef je het waarborgen van deze veiligheid niet als aparte stap uit te voeren; het is een onderdeel van je algehele inschatting van de gezinssituatie. Ga tijdens je vaststelling van het diagnostisch beeld na of die situatie onveilig is voor het kind. Ga ook na of een ander probleem misschien ten grondslag ligt aan een onveilige situatie. Bijvoorbeeld, het kan zijn dat verwaarlozing zorgt voor een onveilige situatie voor het kind, maar ook dat leven in armoede ervoor zorgt dat de situatie van het kind onveilig is. Het maakt voor de beslissing over de best passende hulp uit wat de situatie precies veroorzaakt.
Motivatie
Om aan te sluiten op de wensen en behoeften van het kind en de ouders heb je als jeugdprofessional inzicht nodig in het motivatiestadium waarin zij zich bevinden. Dit inzicht helpt om hun reacties beter te begrijpen. Het is belangrijk interventies af te stemmen op dit motivatiestadium, omdat die interventies dan effectiever zijn. Afhankelijk van het motivatiestadium waarin cliënten verkeren, kun je verschillende technieken inzetten om hun veranderbereidheid te stimuleren. Zie Hulpmiddelen en tools voor een overzicht van de motivatiestadia en bijbehorende interventies.
Het sociale netwerk
Het sociale netwerk in kaart brengen
Het is nuttig om samen met het gezin in beeld te brengen hoe hun sociale netwerk eruitziet. Goed inzicht in dat netwerk helpt om te bepalen welke ondersteuning het gezin nodig heeft. Het netwerk kan namelijk een positieve rol spelen in het aanpakken of hanteerbaar maken van problemen. Maar het kan ook een negatieve invloed hebben op de gezinssituatie en een bron van stress zijn, bijvoorbeeld doordat het sociale netwerk ontbreekt of personen bevat met wie het gezin in conflict is.
De voordelen van een sociaal netwerk
Een betrokken en actief sociaal netwerk kan het gezin beschermen als er veel problemen of risicofactoren zijn. Als het gezin steun krijgt, is de kans kleiner dat opvoedingsproblemen escaleren. Het sociale netwerk vormt een hulpbron voor het gezin: het kan professionele hulp deels vervangen doordat het een deel van de hulp kan bieden. Ook kan het sociale netwerk blijvend zijn, terwijl ondersteuning van professionals meestal na verloop van tijd ophoudt. Voor blijvende resultaten op de lange termijn is het dan ook nodig dat gezinnen een beroep kunnen doen op een netwerk van familie en vrienden.
Verdieping en onderbouwing
Motiverende gesprekstechnieken
Met motiverende gesprekstechnieken kunnen jeugdprofessionals, kinderen en ouders helpen verder te komen en gemotiveerd te raken om hun situatie aan te pakken en tot verandering te komen. Het kan bij alle betrokkenen veel frustratie voorkomen als zij zich allemaal bewust zijn van het motivatiestadium waarin de cliënten zich bevinden – en als gesprekken op dat stadium afgestemd zijn.
Motivatie voor verandering bestaat uit drie belangrijke aspecten (Miller & Rollnick, 2002):
- Willen veranderen (erkennen van het probleem).
- Ervan overtuigd zijn te kunnen veranderen (in capaciteit en hulpbronnen).
- Er klaar voor zijn om te veranderen (gereedheid en er prioriteit aan geven).
Een meta-analyse en review van Krebs en collega’s (2018) laat zien dat de behandeluitkomsten positiever zijn naarmate cliënten meer bereid zijn tot verandering.
Als jeugdprofessional kun je invloed hebben op de motivatie van het kind en de ouders door:
- begrip te tonen voor een ambivalente houding en bijbehorende emoties;
- te geloven dat het kind en de ouders kunnen veranderen;
- niet met hen in discussie te gaan en hen niet proberen te overtuigen;
- alert te zijn op uitspraken waaruit blijkt dat de cliënten wil veranderen (dergelijke uitspraken voorspellen of ze daadwerkelijk veranderen);
- de cliënten te ondersteunen in hun overtuiging dat ze beschikken over de benodigde capaciteiten;
- het kind en de ouders ruimte te geven om te oefenen en experimenteren met ander gedrag;
- begrip te hebben als er een terugval is in oude gedragspatronen.
Sociaal netwerk
Het sociale netwerk kan de volgende drie functies hebben (Baartman, 2010).
1. Praktische ondersteuning
Praktische ondersteuning betekent dat kinderen of hun ouders een beroep kunnen doen op mensen in hun sociale omgeving voor praktische zaken, bijvoorbeeld voor oppassen, een klus in huis of tijdelijke huishoudelijke hulp na een bevalling. Naarmate het kind en de ouders over een hechter sociaal netwerk beschikken, is het gemakkelijker om hulp te vragen of anderen steun te bieden.
2. Psychologische of emotionele ondersteuning
Een sterk sociaal netwerk biedt het kind en de ouders ook psychologische of emotionele steun. Mensen uit het netwerk bieden bijvoorbeeld een luisterend oor en de mogelijkheid om stoom af te blazen, en spreken hun waardering uit. Emotionele ondersteuning versterkt het psychisch welbevinden: als mensen voor hen klaar staan, weten ouders dat zij geliefd en gewaardeerd zijn en dat er voor ze gezorgd wordt. Het omgekeerde geldt overigens ook: als het kind en de ouders lekker in hun vel zitten, zijn zij beter in staat om mensen in hun omgeving te ondersteunen.
3. Normatieve functie
De normatieve functie van sociale netwerken houdt in dat mensen een voorbeeldfunctie kunnen hebben. Door deel uit te maken van een groep leren het kind en de ouders de gewoonten en gedragscodes van die groep. Groepsgenoten functioneren als rolmodel voor elkaar en zorgen voor sociale controle.
Er is op verschillende momenten in het besluitvormingsproces aandacht voor de verkenning van de mogelijkheden van het sociale netwerk om ondersteuning te bieden en voor het daadwerkelijk mobiliseren van dat netwerk.