
1. Introductie
Waar gaat de richtlijn over?
Opvoeden en opgroeien gaat niet bij alle kinderen en jongeren vanzelf. Sommigen hebben psychische problemen, verslavingsproblematiek of een lichamelijke of (licht) verstandelijke beperking, waarvoor zij extra zorg nodig hebben. Anderen hebben ouders met problemen, waardoor de opvoeding in de knel komt. Bij vragen over en problemen in hun opvoeding en ontwikkeling wil je deze kinderen en jongeren passende hulp kunnen bieden.
Om te beoordelen en beslissen welke hulp het kind en de ouders nodig hebben, gebruik je samen met hen deze richtlijn. De richtlijn focust op personen van 0 tot 18 jaar, en onder bepaalde voorwaarden op personen van 18 tot 23 jaar. De richtlijn gaat specifiek over psychische, sociale of pedagogische problemen die hun ontwikkeling belemmeren. Passende hulp kan zowel vrijwillige hulpverlening als gedwongen interventies omvatten. Het kan de ene keer bestaan uit nuttige antwoorden op gewone opvoedings- en ontwikkelingsvragen en de andere keer uit oplossingen voor ernstige ontwikkelings- en opvoedingsproblemen.
De richtlijn kan je helpen bij de gezamenlijke besluitvorming over passende hulp. Je bespreekt de richtlijn met kinderen en ouders en wijst daarbij op het bestaan van informatie voor ouders. Ook leg je de stappen in het hulpproces uit op een manier die voor kinderen en ouders begrijpelijk is. Daarbij houd je rekening met de emoties die de procedure bij hen oproept en bied je hun voldoende ruimte om te reageren. Je legt hun verder uit welke keuzemogelijkheden je ziet, om vervolgens samen met hen na te gaan hoe zij tegen deze opties aankijken. Bovendien ga je na welke mogelijkheden het kind en de ouders zelf nog zien, hoe zij daartegen aankijken en wat ze juist niet willen.
De richtlijn gaat onder meer in op de processtappen en inhoudelijke afwegingen. Hierbij is er aandacht voor de houding en gespreksvaardigheden die je nodig hebt om samen met kinderen en ouders beslissingen te nemen. Daarbij benadrukt de richtlijn hoe belangrijk het als professional is om relevante wetenschappelijke inzichten, vakkennis en expertise te combineren met volledige informatie over de voorkeuren van cliënten.
Voor wie is de richtlijn bedoeld?
Doel van de richtlijn
De richtlijn helpt jou als professional in de jeugdhulp en jeugdbescherming om samen met kinderen en ouders te beslissen over passende hulp, zodat gezinnen tijdig effectieve hulp krijgen. Hiervoor krijg je handvatten om een samenwerkingsrelatie met kinderen en ouders aan te gaan en hun hulpvraag te verhelderen. Ook helpt de richtlijn je om zicht te krijgen op:
- de aard en ernst van de problemen
- de factoren die de problemen veroorzaken en/of in stand houden
- de krachten en hulpbronnen van het kind en de ouders
- de veiligheid van het kind
In de richtlijn staat hoe je kinderen en ouders kunt adviseren over passende hulp. Verder helpt de richtlijn je om een hulpverleningsplan op te stellen, in dialoog met kinderen en ouders en op basis van kennis over ‘wat werkt’.
Deze richtlijn beschrijft een complex beslisproces dat zeer omvangrijk en tijdrovend kan zijn en veel kan vragen van jou als jeugdprofessional en van gezinnen. Doel van de richtlijn is je te helpen om dit proces waar mogelijk kort te laten duren en om de tijd te nemen als dat nodig is. Het kan gaan om grote beslissingen, zoals het wel of niet uit huis plaatsen van kinderen en jongeren. Maar ook om kleinere tussentijdse beslissingen, zoals het bijstellen van hulp op basis van nieuwe inzichten bij besluitvormers of op basis van ontwikkelingen in het gezin.
In aansluiting op de transformatie van de jeugdhulp heeft de richtlijn ook de volgende doelen:
- normaliseren
- oog hebben voor de eigen kracht van kinderen en ouders
- rekening houden met de mogelijkheden van hun sociale netwerk
- zoveel mogelijk preventief werken
Om deze transformatiedoelen te behalen, bevat de richtlijn inhoudelijke kaders voor de analyse van het functioneren van kinderen en jongeren, ouders en gezin.
Tot slot is een belangrijk doel van de richtlijn dat betrokkenen zien dat er nog kennis ontbreekt over de gezamenlijke beslissing over passende hulp.
Uitgangsvragen
De hoofdvraag waar de richtlijn een antwoord op dient te geven is: wat is een goede werkwijze om het besluitvormingsproces in de zorg voor jeugd systematisch, transparant en doelgericht vorm te geven in nauwe samenwerking met ouders en jeugdige en met oog voor de krachten en mogelijkheden van het cliëntsysteem?
Het antwoord op deze hoofdvraag wordt stapsgewijs verkregen door antwoorden op de onderstaande uitgangsvragen:
- Het besluitvormingsproces in de zorg voor jeugd heeft een cyclisch karakter: welke fasen, activiteiten en beslissingen kunnen hierin onderscheiden worden?
- Hoe kunnen jeugdprofessionals het beste de vraag van ouders en jeugdige verhelderen en een samenwerkingsrelatie aangaan?
- Hoe kunnen jeugdprofessionals het beste zicht krijgen op de aard en ernst van problemen (inclusief veiligheid), oorzakelijke en in stand houdende factoren en de veiligheid?
- Hoe kunnen jeugdprofessionals het beste in dialoog met ouders en jeugdige doelen en een plan voor passende hulp opstellen?
- Welke specifieke aandachtspunten zijn er bij het werken met cliënten met een migratieachtergrond en bij het werken met ouders en kinderen met een licht verstandelijke beperking?
Gebruik richtlijn
Deze richtlijn kan jeugdprofessionals helpen om bij het besluitvormingsproces gebruik te maken van kennis over ‘wat werkt’ en effectieve interventies – en om samen met kinderen en ouders beslissingen te nemen.
Hierbij gaan we uit van een paraplufunctie: de richtlijn geeft algemene aanbevelingen voor het beslissen over hulp. Daarmee onderscheidt deze richtlijn zich van de meeste andere richtlijnen die focussen op de onderkenning en aanpak van specifieke problematiek. Deze richtlijn over het samen beslissen over passende hulp gaat vooraf aan andere richtlijnen die gericht zijn op specifieke problemen. We bevelen aan om de kern van de problematiek te bepalen en op basis daarvan een keuze voor een meer inhoudelijke richtlijn te maken. Daarbij raden we aan om rekening te houden met de manier waarop beslissingen samen met het kind en de ouders het best tot stand komen.
Deze richtlijn is van toepassing vanaf het moment dat het kind en de ouders met een jeugdprofessional contact krijgen. Ze gaat niet in op de manier waarop het contact met de jeugdprofessional gelegd is (ouders of het kind melden zichzelf aan of krijgen een verwijzing van derden), noch op het bereiken van gezinnen die zorg mijden. Hoewel de manier waarop het contact gelegd is mogelijk van invloed is op de start van het proces, maakt die manier geen verschil voor de processtappen en inhoudelijke aandachtspunten in het beslisproces. Wel kan het bijvoorbeeld nodig zijn om extra aandacht te besteden aan het opbouwen van een samenwerkingsrelatie als het kind en de ouders via een zorgmelding in contact zijn gekomen met jeugdhulp of jeugdbescherming. De rol van de aanmelder of verwijzer is maar heel beperkt in het beslissen over hulp. Het gaat vooral om het proces van het kind, de ouders en jeugdprofessionals om tot een beslissing over de inzet van jeugdhulp te komen.
De richtlijn schrijft niet voor welke specifieke interventie in welk geval ingezet moet worden. Daarvoor is de reikwijdte van de richtlijn te breed en het aanbod landelijk te divers. We verwijzen hiervoor naar de specifieke richtlijnen voor jeugdhulp en jeugdbescherming, GGZ-standaarden en de databank Effectieve jeugdinterventies.
Samenwerking tussen professionals onderling, regievoering en casemanagement komen in deze richtlijn minder aan bod. Waar afstemming en/of het overdragen van informatie nodig is in het belang van de hulpverlening aan kinderen en ouders, is dit aangegeven. Een besluit over regievoering en casemanagement kan onderdeel zijn van het beslissen over passende hulp, maar hoe en wanneer wordt niet in deze richtlijn uitgewerkt. In de regel geldt dat de regie over de hulp of ondersteuning bij voorkeur bij ouders zelf ligt. En dat zij hierbij ondersteuning krijgen vanuit hun netwerk of van een professional, als zij daar behoefte aan hebben of een professional dat noodzakelijk acht.
Basisinformatie
Op alle richtlijnen voor jeugdhulp en jeugdbescherming is basisinformatie van toepassing over de volgende onderwerpen:
- doelgroep van de richtlijnen
- gedeelde besluitvorming
- diversiteit
- beschikbaarheid interventies
- juridische betekenis van de richtlijnen
- begripsdefinitie kinderen, jongeren en ouders
Een algemene verantwoording van de werkwijze bij de ontwikkeling en herziening van de richtlijnen jeugdhulp en jeugdbescherming vind je bij Over de richtlijnen.