Overslaan en naar de inhoud gaan
Richtlijn
Toekomstgericht werken
Groep jongeren

2.1.6. Werkrelatie afbouwen

Toelichting op de aanbeveling

  • Zorg voor een goede afbouw van de werkrelatie. Bespreek waar de jongere terechtkan als jij niet bereikbaar bent en betrek het informele netwerk tijdig. Is er sprake van vervolghulp, zorg dan voor een warme overdracht.

Werkrelatie afbouwen

Het is belangrijk dat je als jeugdprofessional voldoende aandacht besteedt aan het afbouwen van de werkrelatie met een jongere. Hoe je hier vorm aan geeft, verschilt per functie, werksoort en rol. Sommige jeugdprofessionals markeren een duidelijk eindpunt en zien hun aanwezigheid als tijdelijk. Anderen kunnen langer aangehaakt blijven en makkelijker weer in beeld komen wanneer dat nodig is. Jongeren waarderen het als dezelfde professional(s) hen gedurende langere tijd ondersteunen. Vanwege de overgangen in de zorg die horen bij toekomstgericht werken, is dat niet eenvoudig. Dit maakt jongeren kwetsbaar, bijvoorbeeld wanneer ze een transitie maken van jeugd- naar volwassenenzorg. Door de ingrijpende veranderingen, zoals een nieuwe hulpverlener en een nieuwe woonplek, kunnen ze veel stress krijgen. Die kan zich uiten in psychische en lichamelijke klachten. Neem als jeugdprofessional voldoende tijd om de werkrelatie af te bouwen. 

Afstemming professionals

Is er sprake van vervolghulp, zorg dan voor een goede afstemming tussen alle betrokken professionals en voer overdrachtsgesprekken voor een warme overdracht. Daarnaast is de samenwerking tussen het formele en informele netwerk van groot belang als je professionele zorg succesvol wilt afbouwen. Betrek als jeugdprofessional samen met de jongere het informele netwerk, zodat die tijdens het traject en erna, als je niet langer betrokken bent, hierop kan terugvallen. Zie ook Samenwerken met het informele netwerk

Zorg ook dat je de betrokkenen uit het informele netwerk tijdig informeert over de afbouw van de werkrelatie. In principe kun je een jongere pas loslaten wanneer er een stevige basis is op alle vijf de leefdomeinen of wanneer er vervolghulp is geregeld. Lees op de website van het NJi meer over de Big 5: support, wonen, school en werk, inkomen en welzijn. Is er geen stevige basis of vervolghulp, zorg dan dat er op z’n minst een borgingsplan of terugvalpreventieplan is én dat de jongere weet waar en bij wie hulp te vragen. Zie verder Aanpak en interventies.

Dit helpt om de aanbeveling in praktijk te brengen:

  • Neem de tijd om de werkrelatie af te bouwen en begin op tijd. Spreek met de jongere een afbouwperiode af waarin je formeel nog niet hebt afgerond maar al bijna geen contact meer hebt, als een soort monitoring. Informeer ook het informele netwerk hierover.
  • Markeer het afscheid. Ook als het contact niet goed is afgelopen en een jongere het contact voortijdig heeft afgebroken. Onderzoek alsnog of een afsluiting mogelijk is, eventueel in samenwerking met de instelling.
  • Onderzoek hoe de jongere afscheid wil nemen. Vraag bijvoorbeeld hoe dat moment eruitziet. Wat zou je dan fijn vinden? Denk aan samen iets leuks doen of een passend cadeautje.
  • Benadruk de geleerde vaardigheden en je vertrouwen in het eigen kunnen.
  • Zorg ervoor dat de werkrelatie stabiel blijft en doorloopt, probeer wisselingen in de zorg zoveel mogelijk te voorkomen, bijvoorbeeld bij de overgang 18- naar 18+ of een verhuizing naar een andere instelling of gemeente.

Aandachtspunten bij jongeren binnen een gedwongen kader

Het afbouwen van de werkrelatie met jongeren (en hun ouders) in een gedwongen kader brengt extra dilemma’s met zich mee, onder andere wanneer een jongere los te laten. Voor meer informatie hierover, bekijk de richtlijn Samen beslissen over hulp.    

Aandachtspunten bij jongeren met een lvb

  • Om bij jongeren met een lvb generalisatie van het geleerde te bevorderen, kun je ervoor kiezen om een interventie langzaam af te bouwen. Laat tussen de laatste sessies bijvoorbeeld steeds meer tijd zitten. Dit stelt de jongere ook in staat om langer te oefenen. Organiseer terugkombijeenkomsten of hanteer een ‘strippenkaart’, waardoor een jongere na afloop van het contact nog een aantal keer bij je terug kan komen.
  • Informeer en betrek het informele netwerk van de jongere (met toestemming van de jongere) vroeg en structureel tijdens het contact, zodat zij kunnen ondersteunen en de jongere op hen kan terugvallen als jij niet meer betrokken bent.
  • Begin op tijd met het regelen van een warme overdracht, bijvoorbeeld door de jongere op tijd aan te melden of een indicatie te regelen. Voor jongeren met een lvb is vaak een langere periode nodig. Zorg voor transitiecoördinatie en afstemming in de keten met alle betrokken hulpverleners (nu en in de nabije toekomst): Wie heeft de regie? Wie doet wat?

Raadpleeg voor meer tips en informatie:

  • De Kwaliteitsstandaard - Jongeren in transitie van kinderzorg naar volwassenenzorg voor jongeren met een chronische aandoening (somatisch en/of psychisch en/of een (L)VB) die de overgang maken van de kinder- naar de volwassenenzorg.
  • De eindrapportage van het onderzoek naar de begeleidingsbehoeften van jongeren met LVB in transitie naar volwassenheid.
  • De handreiking Krachtplan 18+, gericht op de transitie naar volwassenheid en volwassenenzorg van jongeren met een LVB en een jeugdbeschermingsmaatregel.
  • Opeigenbenen.nu, voor praktische tools en informatie voor jongeren met aangeboren afwijkingen of chronische aandoeningen in de overgang naar volwassenheid.
  • De online tool 18 Take Control, ontwikkeld voor jongeren met LVB en hun hulpverleners door het expertisecentrum Expect Jeugd van Partners voor Jeugd.

Over de aanbeveling

Deze aanbeveling bestaat grotendeels uit input van leden uit de ontwikkelwerkgroep en de klankbord groepprofessionals die praktische tips hebben aangedragen rondom het realiseren van een zorgvuldige afbouw van de werkrelatie. Uit de literatuur komt in elk geval naar voren dat jongeren last kunnen hebben van discontinuïteit in de zorgrelatie, die vaak in systemen voor jeugdhulp besloten ligt (bijvoorbeeld de ‘knip’ van 18- naar 18+). De literatuur bevestigt het belang van de mogelijkheid voor doorgaande ondersteuning na afsluiting van zorg (Stein, 2006). Jongeren doen het maatschappelijk beter als zij voldoende continuïteit en stabiliteit in zorg hebben ontvangen (Stein, 2005). Continuïteit in de relatie met een hulpverlener is van belang om jongeren continuïteit in ondersteuning te laten ervaren, maar ook het goed organiseren van continuïteit in zorg- en informatiemanagement (Naert et al., 2017). Daarnaast blijkt uit literatuuronderzoek dat de samenwerking tussen formele en informele hulpbronnen van groot belang is voor het succesvol afbouwen van professionele zorg (Smith, 2021).