Overslaan en naar de inhoud gaan
Richtlijn
Pleegzorg
Twee kinderen in speeltuin

Netwerkpleeggezinnen

Toelichting op de aanbevelingen

  • Zet bij netwerkpleeggezinnen waar nodig extra begeleiding in, eventueel in samenwerking met het wijkteam. 

  • Sluit aan bij de behoeften van netwerkpleegouders en zoek passende scholing als een eventuele eerste crisisperiode voorbij is. 

  • Als er nog geen beoordeling van veiligheid en geschiktheid heeft plaatsgevonden, moet deze alsnog binnen dertien weken volgen (artikel 5.1, lid 3 Jeugdwet). Let gedurende deze periode extra op de veiligheid. 

Ondersteuning van netwerkpleeggezinnen

Een specifiek aandachtspunt is de begeleiding van netwerkpleeggezinnen. Dit type plaatsingen biedt voordelen voor kinderen:

  • De bestaande familiebanden (met ouders, broers, zussen, andere familieleden) blijven vaker intact (Linares et al., 2010; Farmer & Moyers, 2008).
  • De familie woont vaak dichter bij het pleeggezin (Holtan et al, 2005).
  • Netwerkpleegouders hebben een sterke motivatie. Dat uit zich in onvoorwaardelijke zorg, plichtsbesef en empathie, en aansluiting bij de cultuur van het gezin van herkomst (Konijn et al, 2019).
  • Ouders lijken een familieplaatsing beter te kunnen verdragen (Lopez Lopez et al, 2011). 

Tegelijk is er ook een andere kant:

  • Bij netwerkplaatsingen kunnen meer spanningen en conflicten voordoen om de (intergenerationele) relatie goed te houden (Chateauneuf et al, 2018; Kiraly & Humphreys, 2013; Linares et al, 2010; Vanschoonlandt et al, 2012; Wilson et al, 2013).
  • Netwerkpleegouders lijken minder gebruik te maken van ondersteuningsmogelijkheden dan bestandspleegouders (Coleman & Wu, 2016). Ook ontvangen ze significant minder training, hulpmiddelen en ondersteuning (Lin, 2014; Harding et al, 2020).
  • Internationale studies laten zien dat een netwerkplaatsing een beschermende factor is voor geestelijke gezondheidsproblemen bij het kind, maar dat de omgevingsrisico’s groter kunnen zijn – denk aan armoede, psychische kwetsbaarheid, een slechtere buurt, minder hulpbronnen in de omgeving (Dubois-Comtois, et al., 2021; Winokur et al., 2014; Xu & Bright, 2018). Deze omgevingsrisico’s zijn overigens geen legitieme reden om af te zien van netwerkpleegzorg, maar een reden om meer ondersteuning en toegang tot hulpmiddelen te bieden.
  • Uit internationaal onderzoek blijkt dat professionals de motieven van netwerkpleegouders wel eens in twijfel trekken. Dat kan leiden tot discriminatie (Harding et al, 2020; Skoglund et al, 2022). 

Aansluiten bij het kind

Netwerkpleegouders ervaren niet méér gezinsbelasting dan bestandspleegouders. Wel kan extra begeleiding tijdens de plaatsing nodig zijn. Een netwerkplaatsing gebeurt vaak onvoorbereid en vanuit een crisissituatie. Dit vraagt om de juiste begeleiding en ondersteuning van pleegouders. Je kunt deze begeleiding en ondersteuning vanaf het begin inzetten of juist wanneer de plaatsing iets rustiger is geworden. De juiste keuze hangt af van de behoefte van kinderen en van de netwerkpleegouders. Het is ook belangrijk dat de begeleiding aansluit bij wat het kind nodig heeft. Daarnaast moet er aandacht zijn voor de dubbele rol van de netwerkpleegouder, zoals pleegouder én oom of tante zijn. Bied begeleiding als er spanningen of conflicten ontstaan door hun sterke wens om het kind een veilige plek te bieden.