Overslaan en naar de inhoud gaan
Richtlijn
Samen beslissen over hulp
Jongere in rolstoel

Gebruik van instrumenten in het beslisproces

Toelichting op de aanbevelingen

  • Beslis weloverwogen welke instrumenten en middelen (vragenlijst, observatie, interview, bestaande dossiers en/of informatie van derden) het best ingezet kunnen worden om de problemen en krachten verder in kaart te brengen en te beslissen over passende hulp. 

  • Schakel als dat nodig is een specialist of expert in voor verdere diagnostiek.

  • Maak gebruik van gestandaardiseerde en gevalideerde instrumenten en breed gewaardeerde hulpmiddelen om de aard en ernst van de problemen en de krachten in kaart te brengen.

  • Laat een gedragswetenschapper zorgvuldig de meetresultaten interpreteren en met andere verzamelde informatie in perspectief zetten

Als hulpverleners gestandaardiseerde en gevalideerde instrumenten gebruiken, blijkt dat consequent te leiden tot betere voorspellingen dan als ze zich een ongestructureerd oordeel vormen (Van Rooijen & Bartelink, 2010). Daarbij gaat het bijvoorbeeld om het voorspellen van de kans op recidive of de kans dat een interventie effectief zal zijn. Zelfs ervaren hulpverleners blijken zich betere oordelen over problemen te vormen als zij ter ondersteuning een gestandaardiseerd en gevalideerd instrument gebruiken.

Een voordeel van gestandaardiseerde instrumenten is dat die zorgen voor een objectivering van de oordeelsvorming: elke hulpverlener kan met een instrument op dezelfde manier de situatie beoordelen en tot eenzelfde conclusie komen. 
In veel gevallen zijn gestandaardiseerde instrumenten gebaseerd op uitgebreid wetenschappelijk onderzoek (‘gevalideerd’). Met gestandaardiseerde instrumenten die ook gevalideerd zijn, weet je als hulpverlener dat je meet wat je wílt meten. Dit verkleint de kans dat je kinderen over het hoofd ziet die wel behandeling nodig hebben én dat degenen die geen (zware) problemen hebben onnodig behandeling krijgen. Een ander voordeel is dat die instrumenten het mogelijk maken om de resultaten van het kind systematisch te vergelijken met die van leeftijdgenoten.