
Vragenlijsten en instrumenten
Toelichting op de aanbeveling
-
Schakel als jeugdprofessional een gedragswetenschapper in bij de interpretatie van ingevulde vragenlijsten. Laat deze gedragswetenschapper zorgvuldig de uitkomsten interpreteren van de ingevulde vragenlijsten en de uitkomsten met andere verzamelde informatie in perspectief zetten.
Als je als jeugdprofessional een instrument nodig hebt voor de kracht- en probleemanalyse, zoals een vragenlijst, dan helpt de gedragswetenschapper je om het meest geschikte instrument te kiezen. Ook voor de interpretatie van resultaten is er deskundigheid nodig van een gedragswetenschapper (psycholoog of orthopedagoog) met diagnostiekaantekening (AST-NIP, 2017; Landelijk Kader Forensische Diagnostiek Jeugd, 2014).
Er is specialistische diagnostiek vereist om een (licht) verstandelijke beperking, psychiatrische stoornis en lichamelijke problemen vast te stellen. Het is belangrijk dat je hiervoor een gedragswetenschapper, psychiater of arts inschakelt.
Vragenlijsten en instrumenten
Vragenlijsten helpen om informatie te verzamelen, te ordenen en te beoordelen. Ze kunnen zicht geven op het gedrag, de ontwikkeling, de beleving en de gevoelens van de gezinsleden. De inzet van een vragenlijst helpt om een objectiever beeld van de situatie te krijgen en blinde vlekken te voorkomen. Vragenlijsten zijn een aanvulling op je kennis, ervaring en intuïtie als professional, maar kunnen deze nooit vervangen (Tak et al., 2014).
De databank Instrumenten is als startpunt genomen om een selectie van instrumenten te maken. Verder is de Commissie Testaangelegenheden Nederland (Cotan) gebruikt, omdat dit instituut een onafhankelijk oordeel velt over de kwaliteit van instrumenten.
Een instrument kiezen
Je kiest een instrument op basis van de informatie die je eerder in de vraagverheldering (en eventueel in de dossieranalyse) hebt verkregen. Bij deze overweging zijn de volgende vragen van belang (Van Rooijen & Bartelink, 2010):
- Is het instrument geschikt voor deze doelgroep en voor dit doel?
- Wat is de psychometrische kwaliteit van het instrument?
- Is het instrument of de meetprocedure aanvaardbaar?
- Hoe bruikbaar is het instrument om te beslissen wat er moet gebeuren in de behandeling?
- Hoe is de verhouding tussen wat de toepassing van een instrument oplevert en wat het kost?
Instrumenten uitleggen en uitkomsten bespreken
Voor een goed gebruik van instrumenten is het belangrijk om deze goed en helder uit te leggen aan het kind en de ouders en om de uitkomsten met hen te bespreken (Van Yperen & Veerman, 2008).
Belang van een heldere uitleg
Het is belangrijk dat je het kind en de ouders beschouwt, benadert en betrekt als deskundigen in het oplossen van hun eigen problemen. Een heldere uitleg van het toe te passen instrument past daarbij. Het kind en de ouders zullen makkelijker zien welke meerwaarde dit instrument voor hen heeft, als zij begrijpen wat het inhoudt en hoe het hen kan helpen. Zo kan het hun motivatie vergroten om mee te werken aan de toepassing.
Bespreking vragenlijst
Als je een vragenlijst bespreekt, zet je de volgende stappen (Van Yperen & Veerman, 2008):
- Leg uit hoe het gebruik van de vragenlijst het kind en de ouders kan helpen (het ‘waarom’) en vraag ze om hun medewerking.
- Leg kort uit wat de vragenlijst meet.
- Vertel hoeveel tijd het kost om de vragenlijst in te vullen.
- Leg uit wat er met de lijst gebeurt en wanneer het kind en de ouders iets horen over de uitkomsten.
- Neem na de toelichting eventueel de eerste vragen door en ga na of het kind en de ouders de vragenlijst begrijpen.
- Spreek af wanneer de vragenlijst ingevuld moet zijn.
- Bedank het kind en de ouders voor hun medewerking.
Bespreking uitkomsten van de vragenlijst
Als de vragenlijst is ingevuld, is het belangrijk om met het kind en de ouders stil te staan bij de uitkomsten. Het is dan wel nodig om eerst zelf de uitkomsten te begrijpen. Bij de bespreking van de uitkomsten is het goed om deze kort en helder toe te lichten en te vragen hoe het kind en de ouders ernaar kijken. Herkennen zij zich erin? Dat kan aanknopingspunten geven voor oplossingsmogelijkheden.
Deze soorten vragen kunnen helpen:
- Vragen naar positieve uitzonderingen: wanneer doet het probleem zich níét voor?
- Schaalvragen: hoe erg vinden kinderen of ouders het probleem op dit moment (bijvoorbeeld op een schaal van 1 tot 10)? En hoe ziet de situatie eruit als deze één punt zou verbeteren?
- Coping-vragen: hoe hebben het kind en de ouders het zo lang volgehouden? Wie en wat heeft hen geholpen om het al die tijd vol te houden?
Verdieping en onderbouwing
Hier volgen enkele voorbeelden van instrumenten. De lijst is niet uitputtend. Belangrijk is om bij de selectie van een instrument bovenstaande aandachtspunten tegen elkaar af te wegen, liefst in samenspraak met de gedragswetenschapper. Zie voor meer informatie over de genoemde instrumenten de Databank Instrumenten.
Tabel Instrumenten en krachtenanalyse
Naam instrument | Thema | Leeftijd kind | Afname bij | COTAN- oordeel |
---|---|---|---|---|
Functioneren kinderen | ||||
Strengths and Difficulties Questionnaire (SDQ) | Screening van emotionele en gedragsproblemen en sterke kanten | 3-16 jaar | Ouders | Beoordeeld in 2007 |
Child Behavior Checklist (CBCL) | Screening van emotionele en gedragsproblemen en vaardigheden | 1½-18 jaar | Ouders | Beoordeeld in 2013 |
Teacher’s Report Form (TRF ) | Screening van emotionele en gedragsproblemen en vaardigheden | 1½-18 jaar | Groepsleiding/ leerkracht | Beoordeeld in 1999 |
Youth Self Report (YSR) | Screening van emotionele en gedragsproblemen en vaardigheden | 11-18 jaar | Kind | Beoordeeld in 1999 |
Vragenlijst over Ontwikkeling en Gedrag (VOG) | Screening van emotionele en gedragsproblemen bij lvb | 6-18 jaar | Ouders of leerkracht / groepsleiding | Beoordeeld in 2007 |
Beoordeling Sociaal Aanpassingsvermogen (BSA) | Screening van lvb | 4-23 jaar | Jeugdprofessional (na één of enkele gesprekken met kind) | Niet beoordeeld |
Competentiebelevingsschaal voor Kinderen (CBSK) | Screening van de beleving van competentie | 8-12 jaar | Kind | Beoordeeld in 1998 |
Competentiebelevingsschaal voor Adolescenten (CBSA) | Screening van de beleving van competentie | 12-18 jaar | Kind | Beoordeeld in 2007 |
Standaard Taxatie Ernst van de Problematiek (STEP) | Oordeelsvorming over het functioneren van het kind | 0-18 jaar | Jeugdprofessional | Niet beoordeeld |
Opvoedingsvaardigheden ouders | ||||
Opvoedingsbelasting Vragenlijst (OBVL) | Onderzoek naar opvoedingsvaardigheden en -stress | 2-13 jaar | Ouders | Niet beoordeeld |
Vragenlijst Gezinsfunctioneren (VGF ) | Onderzoek naar opvoedingsvaardigheden (basiszorg, opvoedingsvaardigheden, manier waarop ouders het kind beleven, sociale contacten, individueel functioneren, partnerrelatie, veiligheid) | Niet beoordeeld | Jeugdprofessional | Niet beoordeeld |
Vragenlijst Gezinsfunctioneren Ouders (VGFO) | Diagnostiek van opvoedingsvaardigheden (basiszorg, opvoedingsvaardigheden, jeugdbeleving, sociale contacten, individueel functioneren, partnerrelatie, veiligheid) | Niet beoordeeld | Ouders | Niet beoordeeld |
Taxatielijst voor Ouderfunctioneren (TvO) | Onderzoek naar het functioneren van de ouder | 4-14 jaar | Ouders | Beoordeeld in 1999 |
Gezins- en omgevingsfactoren | ||||
Vragenlijst Meegemaakte Gebeurtenissen (VMG) | Screening op ingrijpende positieve en negatieve gebeurtenissen | 3-17 jaar | Ouders | Beoordeeld in 1998 |
Gezinssysteemtest (GEST) | Onderzoek naar het gezinssysteem | 6+ | Gezin | Beoordeeld in 1999 |
Gezinsklimaatschaal-II (GSK-II) | Onderzoek naar het gezinssysteem | 11+ | Gezin | Beoordeeld in 2000 |
Standaard Taxatie Ernst Problematiek (STEP) | Oordeelsvorming over de kwaliteit van de omgeving | 0-18 jaar | Jeugdprofessional | Niet beoordeeld |
Instrumenten om veiligheid en risico op kindermishandeling in te schatten
De veiligheid van kinderen in het gezin en het risico op kindermishandeling zijn belangrijke aandachtspunten voor jou als jeugdprofessional. De Wet verplichte meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling (Rijksoverheid, 2013) verplicht je om een veiligheids- en risicotaxatie uit te voeren als er signalen of vermoedens zijn van kindermishandeling of huiselijk geweld.
Het meest recente aanbod van hulpmiddelen voor veiligheids- en risicotaxatie is te vinden in de richtlijn Kindermishandeling.