
Veiligheid in het pleeggezin
Toelichting op de aanbeveling
-
Zorg dat het kind in het pleeggezin veilig is door pleeggezinnen zorgvuldig te screenen, de veiligheid van het kind structureel te monitoren en pleegouders gedurende de pleegzorgplaatsing te begeleiden.
Veiligheid in het pleeggezin is een belangrijk thema. Bij veiligheid gaat het om fysieke, emotionele en seksuele veiligheid. Kinderen hebben een veilige omgeving nodig om zich te ontwikkelen na alles wat ze meegemaakt hebben.
Mishandeling, kwetsbaarheden en opvoeduitdagingen
Het komt geregeld voor dat kinderen in een pleeggezin (opnieuw) met kindermishandeling te maken krijgen. Naar schatting krijgt 3 tot 19% van de kinderen in een pleeggezin hiermee te maken, tegen 3% van kinderen in Nederland in het algemeen (NJi). Ook blijkt minstens 5% van de kinderen in de pleegzorg seksueel misbruikt te zijn (Commissie Samson, 2012).
Kinderen in een pleeggezin zijn kwetsbaarder dan kinderen die bij hun eigen ouders opgroeien. Zij hebben vaker een ontwikkelingsachterstand en gedrags- en emotionele problemen. Dit maakt de opvoedtaak voor pleegouders zwaarder. Doordat een kind niet hun eigen kind is, weten ze vaak minder goed hoe ze het best kunnen aansluiten bij het kind. Dat kan leiden tot gevoelens van machteloosheid.
Ook speelt mee – vooral bij bestandspleegzorg – dat kinderen en pleegouders niet aan elkaar verwant zijn. Dat kan de onderlinge relatie bemoeilijken. Kindermishandeling in pleeggezinnen kan voortbestaan als die gezinnen sterk geïsoleerd zijn, maar het kan ook juist voorkomen in gezinnen die juist hoog aangeschreven staan in de gemeenschap. In dat laatste geval vermoedt niemand wat zich afspeelt in het (pleeg)gezin en ontstaan er geen vragen bij de omgang van de pleegouders met het kind (Commissie De Winter, 2019). Het is daarom van belang om niet alleen bij de screening, maar ook gedurende de plaatsing de veiligheid te blijven monitoren.
Risicofactoren voor kindermishandeling in pleeggezinnen
Een aantal factoren kan de kans op kindermishandeling in een pleeggezin vergroten (o.a. Biehal, 2013; Commissie De Winter, 2019; Commissie Samson, 2012):
- Geslacht: Meisjes lopen een tweemaal hoger risico op seksueel misbruik dan jongens. Jongens hebben een hoger risico op fysieke mishandeling.
- Een (licht) verstandelijke beperking: Onder toezicht gestelde kinderen met een verstandelijke beperking hebben een driemaal hoger risico op seksueel misbruik dan jongeren zonder verstandelijke beperking die onder toezicht zijn gesteld.
- Voorgeschiedenis van seksueel misbruik: Een kind dat eerder seksueel misbruikt is, loopt een groter risico op seksueel misbruik in het pleeggezin dan kinderen zonder een dergelijke voorgeschiedenis. Dit komt doordat de lichamelijke en seksuele ontwikkeling niet op een juiste manier is verlopen.
- Stress bij pleegouders.
- Gebrekkige screening en begeleiding van pleegouders.
- Verlaging van screeningsnormen als er weinig nieuwe pleegouders beschikbaar zijn.
- Hoge caseload van de pleegzorgbegeleider en jeugdbeschermer, waardoor er onvoldoende toezicht en begeleiding voor het pleeggezin is.
De impact van mishandeling in pleegzorg
Kinderen die in een pleeggezin met kindermishandeling te maken krijgen, raken in feite driedubbel getraumatiseerd: eerst in hun gezin van herkomst, daarna door de uithuisplaatsing en vervolgens door hun ervaringen in het pleeggezin. Zij lopen een grote kans op allerlei psychische en ontwikkelingsproblemen. Denk aan onveilige gehechtheid, externaliserende en internaliserende gedragsproblemen, problemen in de sociaal-emotionele of cognitieve ontwikkeling, trauma en lichamelijk letsel.